Het interieur
De preekstoel dateert uit de eerste helft van de 17e eeuw. Hij is verschillende keren verplaatst, waardoor er de nodige wijzigingen aan voet, klankbord, trap en achterschot zijn geweest. De laatste restauratie was in 1963-1966. Bovenaan de preekstoel staat de tekst: "Wij prediken Christus den gekruisigde" Kor 1:1 - 23 De kanselbijbel dateert uit 1748 en is gedrukt door Nicolaas Goetzee te Gorinchem. Het doophek dateert vermoedelijk uit 1650 en maakte deel uit van een hek dat de ruimte om de preekstoel aangaf waar gedoopt werd. Na de restauratie van 1963 werd een deel van het hek in een nis van de zuidbeuk geplaatst. “De bank van de Heerlijkheid” zou dateren uit 1701. Bij de brand van 1699 raakte de bank behoorlijk beschadigd. Bij het maken van een nieuwe bank maakte men gebruik van onderdelen van de oude. Vlak voor de restauratie ontdekte de toenmalige predikant Franken achter enige plankjes van de bank de wapens van (vermoedelijk) Jan van der Stel, Heer van Heukelum en van Clara Hillegonda Graafland, zijn vrouw. De plankjes zijn daar vermoedelijk in 1795 aangebracht omdat op last van de franse overheersing alle wapenschilden uit kerken verwijderd of vernield moesten worden. In de kerk bevinden zich (de resten van) drie doopvonten. Allereerst fragmenten van een Maaslands, achthoekig vroeg gotisch doopvont uit blauwsteen die bij de laatste (1963) restauratie zijn teruggevonden. Dergelijke doopvonten werden vervaardigd door steenkapperateliers verbonden aan steengroeves langs de Maas in Wallonië en werden stroomafwaarts verdeeld via de grote stromen en bijrivieren. Vermoedelijk heeft men het bij de reformatie in stukken “gehakt”en verwijderd. Het dateert uit ca. 1300. Op de andere foto is een vergelijkbaar doopvont afgebeeld zoals deze in Heukelum moet zijn geweest. Er zijn in Nederland 2 soortgelijke doopvonten bekend: in Sevenum (foto) en Haelen. Aan de preekstoel bevindt zich nu nog een koperen beugel, waar vermoedelijk vroeger het doopvont op heeft gerust. Het doopvont staat voor de preekstoel en is nog in gebruik. De drie koperen kroonluchters dateren vermoedelijk uit de 17e eeuw. De grote, die in het koor hangt is waarschijnlijk in 1769 door Pieter Bakker geleverd. In de kerk lag een mozaïekvloer van 7,10 × 7,10 m die dateerde uit de 14e eeuw, bestaande uit kleine geglazuurde tegels in zwart, groen, geel en rood, voorzien van diverse motieven. Bij de restauratie in de jaren '60 is deze vloer uitgenomen en overgebracht naar het Rijksmuseum te Amsterdam. | ||
terug | ||